Supervers vlees en bonbons van geredde bananen, maar Denen willen bovenal gemak


foodaward

Eindelijk weer op studiereis, ditmaal naar Denemarken

Door: Focusplaza

Den lille Havfrue, de kleine zeemeermin. Tivoli en Nyhavn. De winkelstraten Strøget, Østergade, Købmagergade, Grønnegade en Kronprinsengade. Kopenhagen is de hoofdstad van Denemarken, het economische middelpunt bovendien. Een driedaagse studiereis van de FoodFocus Fresh-groep leerde dat de Denen duurzaamheid hoog in het vaandel hebben staan, maar dat ze vooral van gemak en lokale producten houden. Wat ook opviel? Dat de retailers bijzonder verse producten aanbieden. ‘Ik heb nog nergens zulk vers vlees gezien.’

De grenzen zijn, na lange coronabeperkingen, open. Eindelijk konden we weer met gelijkgestemden op pad. Half mei lieten we ons rondleiden in Kopenhagen door retail- en versexpert Jennifer Westgeest, die zelf in de Deense hoofdstad woont. 

De reis van Focusplaza startte na aankomst direct al met een innovatief concept, want op het vliegveld brachten we een bezoek aan de onbemande supermarkt 7-Eleven. Met je creditkaart krijg je toegang tot de winkel. Verschillende camera’s en sensoren leggen vast met hoeveel mensen je naar binnen gaat én welke producten je pakt. Voordat je weer naar buiten gaat, kan je op een scherm controleren of alles klopt en bij het verlaten van de winkel wordt er automatisch afgerekend, zag ook Margot Nammensma, oprichter en eigenaar van Future Fresh. ‘Deze van origine Amerikaanse retailer richt zich ook echt op de digitale consument en is daarmee één van de eerste spelers in de Deense markt.’ Een winkel zo inrichten is natuurlijk een praktische én technische oplossing. Zeker als je weet hoe lastig het is om personeel te vinden.

Duurzaamheid

Eenmaal van het vliegveld af, volgde een rit naar de stad. En een bezoek, want daar was het ons tenslotte om te doen, aan een flink aantal verschillende retailers. De retail in Denemarken heeft veel overeenkomsten met de Nederlandse. Maar één van de grootste verschillen is dat Denen een absolute voorkeur hebben voor lokale producten en meer moeite hebben met ‘nieuwe smaken.’ Denen zijn, net als Duitsers, meer bezig met duurzaamheid. Nammensma: ‘Zij denken met name over duurzaamheid, wij zijn veel eerder bereid om andere smaken te proberen.’ De Denen zouden misschien wat van ons kunnen leren door iets meer te proberen en te ontdekken. Een inclusieve keuken, daar is niet echt sprake van. ‘Lokaal kopen en lokaal nuttigen is belangrijk voor Denen’. Dat zie je terug in de winkels. 

Net zoals de combinatie van gezond en gemak. Je ziet mooie verse maaltijden in de winkels, ook voor twee personen. De productiedatum ligt maximaal twee of drie dagen voor de THT-datum. Het viel Marcel Maas, directeur bij Van Melik Food Group, ook op. ‘Gezond en gemak is echt een ding, echt vers is meer regel dan uitzondering, en dat is mooi om te zien.’

‘Ik heb nergens zulk vers vlees gezien als bij Meny. Grote stukken met een bereidingswijzer’

– Marcel Maas

Gemak

De stevige focus op gemak zag je overal terug op de winkelvloer. Naast de to-gomaaltijden zijn er onder meer maaltijdtassen, verse maaltijden en allerlei varianten daarop. De focus op gemak is voor een deel te verklaren door de hoge arbeidsparticipatie van de Deense vrouwen. Zo’n 95 procent van de vrouwen werkt. Tegelijkertijd is er wel de behoefte om gezond en lokaal te eten.

Wat direct in de winkels opviel: de prijzen liggen in Denemarken hoger dan in Nederland. Dat komt vooral door de hoge btw. Die is liefst 25 procent. Ook in Denemarken hebben ze last van de onbalans in de wereld. Dat zie je terug in de prijzen. Opvallend is wel dat, legde Westgeest uit, veel retailers de prijzen van de honderd meest hardlopende producten hebben bevroren, ook bij een stijgende inkoopprijs. Een mooi gebaar met als doel de binding met klanten te behouden. Nammensma vond het ‘een mooie geste’. Het kost de retailer ongetwijfeld veel, maar zowel retailer als producent hebben meer belang bij terugkerende klanten die hun boodschappen nog kunnen betalen.

Supervers

Kopenhagen is een lust voor het oog. De mooie straten, oude én moderne architectuur, parken en het water geven de stad zijn typische karakter. Terwijl we ons laafden aan het vele moois dat Kopenhagen te bieden heeft, reisden we verder langs diverse, in een aantal opzichten opvallende zaken. Zo vielen ons de winkels van Meny en Bilka op. Vooral door het vers aanbod, dat écht heel vers is. Maas verbaasde zich keer op keer. ‘Ik heb nergens, nooit zulk vers vlees gezien als bij Meny. Grote stukken met een bereidingswijzer. En superverse maaltijden met korte houdbaarheid. Echt knap hoe ze dat voor elkaar krijgen.’ Normaal knibbelt de productie en distributie iets weg van de houdbaarheid. Het is interessant om te onderzoeken hoe ze in Denemarken toch zo vers kunnen leveren.

Beleving

Bij beide winkelketens zie je ook terug dat het ze gaat om de beleving. Het assortiment wordt aangepast op de locals. Nammensma zag ‘veel aparte schappen met aparte producten.’ Een verschil met Nederland is dat veel van de takeaway aan de voorkant van de winkels zit. Eat-in or take-out. Een verschil met Nederland waar retailers de klanten de winkel in willen hebben. Het onbemande concept van 7-Eleven zie je verder niet terug in Kopenhagen. Integendeel, Maas viel het juist op dat er veel medewerkers te zien waren. ‘Bij Meny bijvoorbeeld zie je slagers en doet het personeel veel zelf.’

Innovatie

Wat kunnen wij leren van het Deense retaillandschap? Luister de Zicht op Retail podcast van Focusplaza

Omdat het oog vanzelfsprekend ook wat wil, volgde daarna een bezoek aan het inspirerende Meatpacking District. Deze wijk had vroeger drie kleuren: wit, grijs en bruin. De kleur geeft de functie van de panden aan. Waar komt het vee binnen, waar wordt het geslacht en waar wordt het vlees verkocht? Inmiddels is daar de kleur groen, voor het Green District, aan toegevoegd. Het Meatpacking District is, in de verder ietwat traditionele retail, een innovatieve en inspirerende plek. Jonge ondernemers werken er samen aan innovatie, niet als concurrenten maar als collega’s. ‘Door kennis te delen en de verbinding te zoeken met de markt. Een mooie beweging vol energie en nieuwe ideeën’, vond Nammensma. Hier vinden nieuwe ideeën – zoals aparte snacks, een bonbon van geredde bananen, gefermenteerde producten en het gebruik van zeewier – hun weg naar een voor Denemarken nieuwe markt. Of het gaat werken is nog de vraag, maar de gastronomie heeft in ieder geval al veel interesse getoond voor deze beweging. Het is nog wel zaak een en ander commercieel succesvol te maken, maar innovatie heeft tijd nodig.

Na drie intensieve dagen, met onder meer ook leerzame en lekkere uitstapjes, wachtte de terugreis naar Nederland. Nog voor we aankwamen op Schiphol lieten we alles nog eens de revue passeren. Het viel ons op dat de Deense retail zich met name op beleving in de winkel, gezondheid, duurzaamheid en gemak richt. Met het hoge btw-percentage en de onlineontwikkelingen is de concurrentie groot. De kunst is dan bovenal om je als retail te onderscheiden. Wij als Nederlanders kunnen wat opsteken van de Deense keuze voor beleving en kwaliteit, in combinatie met gemak. Allicht dat zij dan van ons willen leren om iets meer durf – het ‘proberen en ontdekken’ – te tonen.